Gekozen fotoCollectie: Klooster Nazareth
Locatie: Koestraat 37
Inventarisnummer: jvb0388

In 1793 veroverden de Franse revolutionairen de Zuidelijke Nederlanden. De kloosters en pastorieën liepen vol met soldaten. In de namiddag van 20 maart 1797 vielen de Fransen het klooster in Weert binnen. Op 22 maart 1797 vluchtten 9 zusters en 6 pensionairen naar Oirschot, dat inmiddels onder het regime van de Bataafse Republiek viel. Voor de zusters werd een half huis in de Koestraat, ongeveer tegenover het huidige klooster, gehuurd. Bij de aankomst te Oirschot zetten de zusters hun pensionaat dadelijk voort met de zes kinderen die met hen waren meegekomen. Al gauw vonden andere kinderen de weg naar het oirschotse pensionaat, zodat het groepje tot ongeveer 20 aangroeide.
Pastoor Jac. Heeren (Oirschot) en Joannes Zwijsen (Best)drongen er bij de zusters op aan de opvoeding en het onderwijs van arme kinderen op zich te nemen. Door dit verzoek kwamen de penitenten-recollectinen van Oirschot in tweestrijd. Hun roeping lag niet in een activiteit naar buiten, maar in het beschouwende leven binnen het klooster. In het voorjaar van 1830 gaven de religieuzen hun toestemming aan genoemde geestelijken om met de opvoeding en het onderwijs van de arme kinderen te starten. Het aantal leerlingen nam snel toe en na twee, drie weken moest er een plaatsje gezocht worden voor meer dan honderd kinderen van allerlei leeftijd, allen even bekwaam of onbekwaam in het hanteren van lei en griffel, van breinaald en boek.
De wettelijke regeling van het onderwijs was voor de katholieken de eerste driekwart van de 19e eeuw zeer onbevredigend. De opleiding tot katholieke onderwijzer was zeer moeilijk. Een katholieke kweek- of normaalschool bestond niet. Men studeerde op eigen gelegenheid en men liet zich nu en dan controleren door de een of andere onderwijzer, die dan meteen een enkele les gaf als het nodig was. In 1868 verscheen het Mandement van de bisschoppen over katholiek onderwijs. Daarin werd onder meer aangedrongen op onderwijs, dat tot in alle onderdelen doortrokken moest zijn van de katholieke zeden. De religieuzen van Oirschot waren terstond bereid aan de oproep van de bisschoppen gehoor te geven. Op 7 januari 1869 startte de normaalschool of kweekschool van Oirschot met 7 leerlingen en dit aantal groeide na korte tijd aan tot elf. Het aantal leerlingen nam steeds verder toe. In 1893 is oostelijk van klooster en kapel een geheel nieuw gebouw opgericht voor de kwekelingen. Vier klaslokalen, recreatiezaal, eetzaal en bijbehorende vertrekken, een aparte kapel voor de kwekelingen, een flinke speelplaats en boven grote ruime slaapzalen en dit alles was berekend op een nog groter wordend aantal kwekelingen.
Het toenemend aantal leerlingen van 11-14 jaren, dat zich tot het examen onderwijzeres wilde voorbereiden, werd na 1900 zó groot, dat het nodig was één of meer klassen bij te bouwen. Toen de wet op het lager onderwijs in 1905 werd gewijzigd, besloot men voor de meisjes beneden de 14 jaar een nieuwe school te bouwen, de Sint Hubertusschool. Deze verrees tussen de ringmuur aan de straat en de kweekschool en werd op 1 december 1905 geopend. De ligging van deze school was zó gekozen, dat zij ook door externe leerlingen bereikt kon worden, zonder in het slot te komen.
In 1907 begon men aan de bouw van een nieuwe kweekschool met een school voor lager onderwijs,. Deze scholen werden in april 1909 in gebruik genomen.


Terug naar boven