Gekozen fotoCollectie: Sint-Petrusbasiliek
Locatie: Markt 2
Inventarisnummer: jva0149

Rooms-Katholieke kerk van Sint-Petrus'Banden. Opvolgster van een in 1462 door brand verwoest kerkgebouw. In 1503 werd nog aan de huidige kerk gebouwd. Grootscheepse laat-gotische kruisbasiliek, rijk voortbrengsel van de Kempische gotiek; in baksteen met veelvuldige toepassing van natuursteen, met kooromgang en straalkapellen (volgens hetzelfde systeem als in Gheel, dat in die tijd evenals Oirschot de Merodes tot heer had), imposante westtoren. Gewelven in hoofdbeuk van schip en koor of nooit aangebracht of in 1558, toen de torenspits instortte, vernield; 1662 nieuwe gewelven aangebracht. 1629-1800 Hervormd. Kerk in 1887 gerestaureerd door L.C. Hezemans. Van de toren in 1904 de zuidwesthoek ingestort (afbraak verwerkt aan de kapel van Onze Lieve Vrouwe van de H. Eik in Oirschot), waarna van 1906-'12 restauratie door P. Cuypers. Zware oorlogsschade in 1944. Inventaris: zwart marmeren zerk van Richard van Merode (plm 1552) oorspronkelijk rustend op de vier leeuwen die de voormalige doopvont droegen. Drietal barokke altaren (hoogaltaar plm 1700, zij-altaren 1766), afkomstig uit Panningen, twee gesneden neo-gotische altaren; enkele barokke beelden; een houten beeld van Sint-Odulphus (plm. 1780); geschilderde kruisweg (plm. 1830) afkomstig uit de kerk van Weerselo; 15e-eeuws kruisbeeld; een drietal biechtstoelen in Lod. XVI stijl met barokke elementen (verm. XIX A) vervaardigd door Jan van der Marck; Orgel met Hoofdwerk, Bovenwerk, Rugwerk en vrij Pedaal, in 1846 gemaakt door F.C. Smits voor de Sint Pieterskerk te 's-Hertogenbosch. In 1978 gerestaureerd en overgeplaatst naar Oirschot. Mechanisch torenuurwerk, elektrische opwinding. (bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed).

Omstreeks 1268 hebben de hertogen van Brabant samen met de toenmalige Ridder Daniël als Heren van Oirschot een kapittel van elf seculiere kanunniken aan de Oirschotse Sint-Pieterskerk verbonden, hetwelk in 1283 door de Bisschop van Luik werd bekrachtigd. Daarmee werd de Sint-Pieterskerk van Oirschot een kapittel- of collegiale kerk. De kanunniken hadden tot allereerste taak, de kerkelijke diensten op te luisteren, de eredienst in de kerk met een zekere praal te omgeven en vooral de kerkelijke getijden te bidden op bepaalde uren van de dag. Daarvoor hadden zij bestemde plaatsen in het koorgestoelte of de kanunnikenbanken. Uit bewaard gebleven rekeningen weten we dat Jan Borchmans uit Eindhoven op 29 juni 1508 de vervaardiging van de koorbanken heeft ingezet voor 300 rijnsgulden. Het koorgestoelte in de Sint-Jan in ’s-Hertogenbosch diende daarbij als uitgangspunt en moest zelfs overtroffen worden. In twee jaar tijds moest hij het koorgestoelte in elkaar zetten. In het derde jaar kwam het versieren aan de beurt. De namen van de beeldhouwers, degenen, die de beeldreliëfs en het meer ingewikkelde lofwerk hebben vervaardigd, zijn onbekend. In de opdracht wordt niets gezegd over de voorstellingen, die moesten worden aangebracht, behalve over de afbeelding van Sint-Petrus en Sint-Nicolaas, die op de voorkanten van de toegangsdeuren moesten worden 'ingewrocht'. Hoogstwaarschijnlijk zal er meer dan één beeldhouwer aan het Oirschotse koorgestoelte gewerkt hebben.
Nadat de kerk rond 1800 bij de Katholieken was teruggekeerd, werden er onkies of aanstootgevende sculpturen verwijderd. Daaruit blijkt weer eens dat men het verdwijnen van niet alle kunstvoorwerpen uit onze oude kerken aan de schennende handen van beeldstormers of Hervormden mag wijten. Onkunde of gemis aan piëteit voor het verleden deden ook nog in latere tijden dingen verloren gaan en doen dat ook nu nog.

Bij ’t Bint in Oirschot is een boek te koop over de Oirschotse koorbanken. Het boek bevat een dvd met een animatie, waarmee de oorspronkelijke opstelling van het koorgestoelte wordt toegelicht en gevisualiseerd.


Terug naar boven